Raad Drimmelen wil onderzoek naar onveilige plekken na peiling onder inwoners
Drimmelen - De gemeenteraad van Drimmelen wil dat er een grondig onderzoek komt naar plekken waar inwoners zich onveilig voelen. Het gemeentebestuur kreeg donderdag de opdracht om in het voorjaar met een voorstel te komen voor de uitvoering en de kosten van zo’n onderzoek. Dat meldt BN DeStem.
De motie, ingediend door Luc Rullens (CDA) en gesteund door vrijwel alle partijen, kwam voort uit een enquête van het CDA onder inwoners van Drimmelen. Aanleiding daarvoor was de moord op de 17-jarige Lisa in Duivendrecht, die landelijk veel losmaakte over de veiligheid van vrouwen in de openbare ruimte.
Vier op de tien voelt zich onveilig
Uit de peiling, ingevuld door 159 inwoners (waarvan tweederde vrouw), blijkt dat 40 procent van de respondenten zich onveilig voelt in de gemeente. Vier procent voelt zich zelfs “heel onveilig”. Ongeveer zestig procent zegt zich wel veilig tot zeer veilig te voelen.
Volgens BN DeStem gaven veel inwoners aan dat gebrekkige verlichting de belangrijkste oorzaak is van het gevoel van onveiligheid. Ook factoren als dichte begroeiing, aanwezigheid van verdachte personen en jeugdoverlastwerden vaak genoemd.
Verlichting en toezicht als oplossing
Als mogelijke maatregelen noemen inwoners vooral meer straatverlichting (67 procent), extra toezicht door handhaving (65 procent) en cameratoezicht (43 procent).
De enquête leverde daarnaast tientallen concrete locaties op waar mensen zich onveilig voelen, onder meer de Marktstraat en het gemeentepark in Made, de skatebaan in Lage Zwaluwe en het kunstgrasveld aan de Zeggelaan in Terheijden. Vooral in Made werden veel plekken genoemd, met name rond de sportvelden en het gemeentehuis.
Onderzoek en vervolgstappen
Burgemeester Boy Scholtze benadrukte dat eerst een gedegen onderzoek nodig is voordat er maatregelen kunnen worden genomen. Voor de uitvoering daarvan zal mogelijk een extern bureau worden ingehuurd. Het college komt in het voorjaar met een budgetvoorstel voor dit onderzoek.